Voor een volledige transitie naar een circulaire economie moeten producenten, leveranciers en klanten betrokken raken. “Een circulair product is beter voor de aardbol, maar niet goedkoper dan een nieuw product”, aldus Rick Veenendaal, manager circulaire economie van Gispen.

Wat is uw definitie van een circulair product?

“Ik hanteer drie basisprincipes. Het ontwerp moet geschikt zijn voor hergebruik, voor dezelfde functie of onderdelen voor een andere functie, zoals van een kast een bank maken. Je moet ook afspraken maken over vervolgstappen: komt een product retour bij de producent of is circulariteit de gebruikersverantwoordelijkheid? En genereer waardebehoud: spreek een financiële prikkel af voor de eerste twee principes.”

Hoe ziet u de transitie richting circulair ondernemen voor zich?

“Om producten circulairproof te maken moet je bestaande ontwerpen verbeteren. In een design framework is de mate van circulariteit meetbaar gemaakt in aantal sterren met daarbij een checklist van vijftig vragen en thema’s als materiaalgebruik, modulariteit of transportruimte. Voor optimaal gebruik van een bestaand product moet je de levensduur verlengen.

Daarna kun je ze eventueel nog repareren. Je kunt ook nieuwe functionaliteiten aanbrengen, revitaliseren, zoals een stoel maken die in hoogte verstelbaar. Bij waardebehoud spreek je af of je de retourwaarde in geld of in korting op een nieuw product uitdrukt. Er zijn ook nieuwe businessmodellen als leasecontracten of pay per use.’

Is iedereen te porren voor circulaire producten?

“Vooral overheidsgerelateerde organi-saties zijn voorlopers in duurzame gebouwen en dito inrichting. Onze bestaande klanten reageren wisselend. De een vindt ‘nieuw’ beter dan ‘zo goed als nieuw’. Circulaire inrichting is beter voor de aardbol, maar niet per se goedkoper. Binnenlandse arbeid is duur, dus kiest men vaak toch liever voor nieuw.

De vraag naar circulaire inrichting neemt wel toe. Bestaande klanten moeten vaak getriggerd worden erover in gesprek te gaan. Soms vragen ze een krasje te maken op het circulaire product, omdat het er anders zo nieuw uitziet. Lastig is dat de kantorenmarkt nog krimpt en prijzen onder druk staan.”

Hoe belangrijk is integrale ketensamen-werking om circulaire doelstellingen te bereiken?

“Zeer belangrijk. De verhouding tussen de Gispen-collectie en producten van partners en leveranciers is fifty-fifty. We betrekken leveranciers bij onze circulaire aanbiedingen, delen onze kennis erover en vertellen welke transitiestappen we nemen.

We willen dit jaar afspraken maken over retourgaranties en hergebruik. Daarnaast ontwikkelen en delen we kennis. Culemborg Circulair is een project met de TU Delft, waarin we plastic afval tot constructiemateriaal voor onze banken verwerken. We zoeken ook platforms voor kennisdeling met startups.”

Wat is jullie visie op circulaire inrichting en hoe zie je dat in de praktijk?

“Circulariteit meetbaar maken blijft moeilijk. Er is geen eenduidige meetlat. Binnen het bedrijf zien sommigen het als maatschappelijke noodzaak, anderen zien kansen voor een andere propositie.

Positief effect is meer behoud van werkgelegenheid in Culemborg, want kennis over revitalisering zit hier. We hebben ongeveer twintig circulaire projecten. Als Nederland een circulaire economie wordt, sluiten we daarbij aan. In 2016 zagen onze omzet in het revitaliseren van bestaande producten met 300 procent toenemen ten opzichte van 2015.

Onze strategie voor 2020 is: vier sterren op het design frame, retourgarantie op 80 procent van onze producten, een circulaire propositie op 50 procent van onze verkoop en dat 80 procent van onze inkoopleveranciers voldoen aan circulaire inkoopvoorwaarden.”