Nu het kabinet heeft aangekondigd de gaswinning uit het Groningenveld volledig te willen beëindigen, ontstaan er kansen om te werken aan alternatieven voor de regio. Dankzij de vrije ruimte in de omgeving, een ligging dichtbij de zee en de aanwezigheid van een kennisinfrastructuur op het gebied van energie heeft Groningen een goede uitgangspositie om voorop te lopen in de energietransitie.
Dat concluderen RUG-onderzoekers Machiel Mulder en Peter Perey in hun rapport Gas production and earthquakes in Groningen. Reflection on economic and social consequences. Samen met hun Groningse collega’s Bert Scholtens, George de Kam en Goda Perlaviciute bestudeerden zij de rol van Groningen als gasproducent en de gevolgen van de aardbevingen voor de bevolking en de woningmarkt in de regio. De Groningse gaswinning is een van de thema’s tijdensde grote internationale conferentie van de International Association for Energy Economics (IAEE) die van 10-13 juni aan de RUG zal plaatsvinden.
Niet van gas los
Stoppen met de gaswinning in Groningen maakt Nederland niet ineens van gas los, stelt Mulder. Daarvoor is het nodig dat gasgebruikers overstappen op alternatieve energie. Zolang dat niet gebeurt, betekent het einde van de Groninger gaswinning simpelweg dat Nederland meer gas moet importeren.
Weinig invloed op gasprijzen
Het verlagen van de gasproductie in Groningen heeft weinig invloed op de gasprijzen vanwege de sterk geïntegreerde Europese gasmarkt, becijferden Mulder en Perey. ‘Alleen op koude winterdagen kan het terugschroeven van de gaswinning voelbaar worden in hogere prijzen. Maar de afgelopen jaren heeft het Groningenveld al nauwelijks meer gewerkt als buffer voor een hogere gasvraag in de winter’, zegt Mulder.
Hij ziet nog wel een probleem in het feit dat veel huishoudens alleen gas van zogenoemde Groningenkwaliteit kunnen gebruiken. Mulder: ‘Er moet dus wel gewerkt worden aan capaciteit om kwaliteit van gas uit het buitenland om te zetten naar de Groningenkwaliteit, dat wil zeggen: gas met een lagere energie-inhoud.’
Dalende huizenprijzen
Stoppen met de Groninger gaswinning betekent dat de Nederlandse Staat ca. 25 miljard euro derft, berekende Bert Scholtens. Daartegenover zal het vergoeden van aardbevingsschade nog jarenlang een flinke kostenpost vormen. George de Kam concludeert dat de vergoedingen voor schade aan woningen, inclusief compensatie voor waardedaling, de afgelopen jaren ca. 1.5 miljard euro bedroegen. Hij schat dat de huizenprijzen door de aardbevingen met 2 tot 4% zijn gedaald.
Veel stress en sociale onrust
De aardbevingen en de wijze waarop de overheid daarmee is omgegaan hebben tot veel stress en sociale onrust geleid, blijkt uit onderzoek van Goda Perlaviciute. Dat lijkt vooral te worden veroorzaakt door het gevoel van machteloosheid van mensen: zij ervaren geen invloed op de gaswinning en geen invloed op het vergoeden van de schade, waarbij het daadwerkelijke schadeherstel ook nog eens verzandt in een moeizaam en slepend proces.