De leasewereld maakt momenteel een flinke verandering door. Er wordt minder vaak gereden in een auto van de baas, maar private lease neemt toe. Daarnaast wordt er flexibeler gereisd en vaker gebruik gemaakt van andere vervoersmiddelen dan de auto.
Een stabiel patroon
Volgens Jan van Delft, voorzitter van de Vereniging Zakelijke Rijders (VZR), heeft er de afgelopen jaren een enorme verandering plaatsgevonden op het gebied van mobiliteit en visie op mobiliteit. “Tot niet al te lang geleden, zo rond de crisis in 2009, was er op het gebied van leaseauto’s sprake van een heel stabiel patroon. Je ging voor een baas werken en vaak kreeg je dan een auto van de zaak.”
In 2009 deed de crisis echter zijn intrede in de mobiliteitsbranche, en is dat stabiele beeld flink veranderd. Niet alleen werken mensen tegenwoordig steeds korter voor dezelfde baas, ook is het aantal zzp’ers sterk toegenomen, tot boven de 1,1 miljoen. Voor de crisis reed een groot gedeelte van deze twee groepen mensen nog in een auto van de baas. Naast deze veranderingen hebben zaken als laptops en mobiele telefoons ervoor gezorgd dat mensen geen vaste werkplek meer nodig hebben, waardoor ze hun planning en daarmee hun mobiliteit afstemmen op de behoefte die ze op dat moment hebben. Hierdoor hebben ze dus minder vaak een auto van de baas nodig.
Meer auto’s, minder kilometers
Desondanks laten cijfers van de VNA, de Vereniging van Nederlandse Autoleasemaatschappijen, zien dat het aantal leaseauto’s het afgelopen jaar wel gestegen is. Eind 2016 reden er volgens de VNA 798.000 leaseauto’s rond. Dat waren er 43.000 meer dan een jaar eerder, wat neerkomt op een stijging van 5,7 procent.
Die groei is voornamelijk veroorzaakt door het groeiende aantal private leaseauto’s (65 procent), hoewel ook zakelijk leasen verder steeg (35 procent). Renate Hemerik, directeur van de Vereniging Nederlandse Automaatschappijen (VNA), beaamt dat het aantal zakelijke leaseauto’s inderdaad is gestegen. Er wordt echter wel bewuster omgegaan met de leaseauto, zegt Hemerik. “De vooraf ingeschatte aantal kilometers liggen in 2016 beduidend lager dan in 2015.
In 2016 was het nog ruim 31.000 kilometer per jaar. In 2016 is dat gedaald naar 27.700 kilometer.” Het aantal zakelijke leaseauto’s lijkt zo op het oog dus licht gegroeid, maar het feitelijke gebruik van die auto’s is aan het afnemen.
De opkomst van private lease
Het gebruik van zakelijke leaseauto’s zal de komende jaren alleen maar verder afnemen, voorspelt Van Delft. Er zullen nog minder vaste werknemers zijn en het aantal zzp’ers zal toenemen van 1,1 naar 1,5 miljoen. De doelgroep voor zakelijke leaseauto’s neemt hiermee verder af. In plaats daarvan verwacht Van Delft dat er op een systeem van carsharing wordt overgegaan: auto’s die je via een app kunt reserveren wanneer je een zakelijke rit gaat maken.
“De mobiliteitswereld gaat er de komende jaren heel anders uitzien. Mensen gaan het gebruik van een auto belangrijker vinden dan het bezit”, denkt Van Delft. Het is een trend die hij de afgelopen jaren heeft zien opkomen, en die heeft geresulteerd in een compleet nieuw leaseproduct: private lease. Bij private lease betaal je een vast bedrag per maand waarbij – uitgezonderd de brandstof – alles is inbegrepen: afschrijving, allriskverzekering, wegenbelasting, reparatie, onderhoud en banden.
“Was het leasen van een auto tot voor kort hoofdzakelijk bekend bij het bedrijfsleven, sinds zo’n twee jaar zie je dat ook de consument het autoleaseproduct omarmt”, zegt Hemerik. Net als Van Delft ziet ook zij dat mensen het gebruik van een auto tegenwoordig belangrijker vinden dan het bezit. “De consument wil niet meer per se een auto bezitten om te kunnen rijden. Hij heeft op de zakelijke markt gezien wat het gemak van autoleasen is en wil dat gemak nu ook zelf ervaren.”
Een andere verandering die Hemerik waarneemt is dat er nu breder naar multimodaal vervoer wordt gekeken. Zo maken autoleasemaatschappijen tegenwoordig arrangementen om naast autolease ook combinaties van vervoer aan te bieden. Dit zal volgens Hemerik in de toekomst nog verder doorzetten: Zij verwacht dat mobiliteit en daarmee ook autolease door de technologische en maatschappelijke veranderingen in de wereld een heel andere invulling zal krijgen. “Dat houdt in dat iemand bijvoorbeeld van A naar B moet en daar van tevoren mobiliteit voor regelt op een zorgeloze manier, misschien wel met een zelfrijdende auto.”
Bewuster nadenken over reisgedrag
Hemerik en Van Delft zijn het erover eens dat het aantal zakelijke leaseauto’s de komende jaren zal afnemen, niet alleen vanwege de kortere en flexibelere arbeidscontracten, maar ook omdat werkgevers beter op hun uitgaven letten. Na de personeelskosten zijn de mobiliteitskosten namelijk de grootste kostenpost binnen een bedrijf, en na de crisis zijn werkgevers zich gaan afvragen of ze wel moeten doorgaan met leasecontracten, of dat ze hun werknemers in plaats daarvan niet beter een mobiliteitsbudget kunnen geven.
Het mobiliteitsbudget houdt in dat een werkgever, in plaats van alle reiskosten van een werknemer te vergoeden, een vast bedrag beschikbaar stelt waar de vervoerskosten van de werknemer vanaf worden getrokken. Het resterende bedrag mag de werknemer – onder voorwaarden – behouden, maar bij een tekort moet hij het verschil zelf bijbetalen.
Op deze manier hopen werkgevers dat hun medewerkers bewuster gaan nadenken over hun reisgedrag, en onderzoek toont aan dat dat inderdaad het geval is. Werknemers blijken daadwerkelijk minder, anders en schoner te gaan reizen. De komende vijf jaar zal het mobiliteitsbudget steeds verder opkomen, voorspelt Van Delft.
Volgens Hemerik is dit concept niet helemaal nieuw, maar is het een nieuwe naam voor iets wat al bestaat: een budget voor een medewerker waarvan hij kan reizen. Wel is ze het met Van Delft eens dat werkgevers steeds vaker voor zo’n vergoeding zullen kiezen. “Ik denk dat er meer budgetgestuurd gewerkt zal worden en dat je als medewerker voor dat budget je eigen mobiliteit regelt.” Werkgevers zullen daar volgens haar echter wel bepaalde eisen aan stellen, om te waarborgen dat werknemers efficiënt en veilig blijven reizen.
Doordat meer bedrijven gaan werken met mobiliteitsbudgetten zal het gebruik van openbaar vervoer toenemen, zegt Van Delft, omdat dat in sommige gevallen goedkoper is dan reizen met de auto. Het mobiliteitsbudget is dus niet alleen gefocust op de auto, maar op mobiliteit in het algemeen. Van Delft: “De auto is voorlopig nog niet weg, maar hij verandert qua vorm en inzetbaarheid. Steeds meer mensen zullen dagelijks de afweging maken: hoe reis ik vandaag?”