Met de huidige vergrijzingsgolf en het overheidsbeleid om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen, staat de woningmarkt voor een grote uitdaging. Wonen de 4,7 miljoen 65-plussers in 2040 allemaal in kangoeroewoningen of Knarrenhofjes?

In 2040 is een op de vier Nederlanders 65 jaar of ouder, schat het CBS. Binnen deze groep is een derde ouder dan 80 jaar. Als gevolg van de vergrijzing neemt ook het aantal mensen met dementie toe: van 270.000 in 2017 naar meer dan een half miljoen in 2040. Het merendeel van deze groep blijft zelfstandig wonen, zegt Yvonne Witter, adviseur bij het AedesActiz Kenniscentrum Wonen-Zorg. “Die trend is al langer gaande, maar door het sluiten van verzorgingshuizen en het overheidsbeleid om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen, wordt dit nu duidelijk zichtbaar.” Mensen met ggzproblematiek en gehandicapten moeten eveneens zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. In het kader van extramuralisering is het de bedoeling dat zorg zoveel mogelijk buiten de muren van grootschalige instellingen plaatsvindt, en er meer ondersteuning in de wijk geboden wordt.

Mantelzorgwoning en Knarrenhofje

Al deze ontwikkelingen hebben gevolgen voor de woonbehoeften en de woningmarkt. Het langer thuis wonen en het afnemen van het aantal verzorgingshuizen leidt ertoe dat de variatie in huisvesting toeneemt. De tussenvormen tussen thuis en het verpleeghuis zijn belangrijker geworden. Het gat tussen deze twee traditionele manieren van wonen wordt in veel gevallen opgevuld met initiatieven opgezet door professionals, maar ook door burgers. “Door het afbrokkelen van de verzorgingsstaat moeten mensen meer zelf regelen en neemt het aantal burgerinitiatieven toe”, signaleert Witter. Door heel Nederland ontstaan zorgcoöperaties van groepen mensen die zelf voorzieningen regelen, ook op het gebied van huisvesting. De woonvormen die zo ontstaan op initiatief van burgers en professionals lopen sterk uiteen. Een voorbeeld is de mantelzorgwoning, een verplaatsbare, tijdelijke wooneenheid die bij een bestaande woning kan worden geplaatst, bijvoorbeeld in de achtertuin. Zo woont de oudere zelfstandig, maar is de mantelzorger dichtbij in het geval er hulp nodig is. Een variant die hierop lijkt, is de kangoeroewoning. Kangoeroewoningen zijn aan elkaar gekoppelde, zelfstandige wooneenheden met een inpandige verbinding, zodat mantelzorger en zorgvrager bij elkaar kunnen wonen. Een andere woonvorm die aan populariteit wint, is het zogenaamde Knarrenhofje. Dit zijn hofjes waarbinnen iedereen een eigen huis heeft, maar waar wel sprake is van een gemeenschappelijke ruimte en een beschermde setting waarbij altijd een toezichthouder aanwezig is. Verder zijn enkele gemeenten in Nederland overgegaan op het splitsen van eengezinswoningen. Wanneer ouderen graag in hun eigen huis willen blijven wonen, maar hun woning eigenlijk te groot is voor hen alleen, kan deze worden opgesplitst. De oudere blijft dan beneden wonen, terwijl op de bovenverdieping een starter of student kan intrekken.

Vergrijzingstransitie

Het gros van de mensen zal echter gewoon in hun eigen eengezinswoning, flat of appartement blijven wonen, met behulp van enkele aanpassingen binnenshuis, voorspelt Witter. “Mensen kennen de wijk en blijven vaak liever in hun vertrouwde omgeving zitten. Je ziet dat steeds meer mensen, zeker de generatie van 55 tot 75 jaar, zich voorbereiden op het langer thuis blijven wonen.” Toch zijn nog lang niet alle woningen geschikt voor mensen met functionele beperkingen. Zo worden nieuwbouwwoningen soms nog steeds opgeleverd met een hoge drempel bij de voordeur. Zowel gerenoveerde als nieuwbouwwoningen zouden toegankelijk moeten zijn voor rollators, vindt Netty van Triest, senior projectleider bij Platform 31, een kennis- en netwerkorganisatie voor stad en regio. “Bij de nieuwe woningvoorraad draait het niet alleen om de energietransitie, maar is ook sprake van een vergrijzingstransitie. Steeds meer partijen houden hier rekening mee, maar het mag nog wel vanzelfsprekender worden.”

Aan de andere kant hebben woningcorporaties steeds vaker consulenten in dienst die de verschillende opties met mensen kunnen bespreken. Daarnaast zijn er campagnes over het onderwerp gestart om mensen te informeren wat er allemaal mogelijk is in hun woning en waar ze op moeten letten. Er zijn zelfs modelwoningen die mensen kunnen bezoeken om te kijken welke technologieën er beschikbaar zijn die zelfstandig wonen ondersteunen.

Van woning tot wijk

Dat mensen steeds langer thuis blijven wonen betekent niet alleen dat woningen anders moeten worden ingericht, ook op wijkniveau zijn maatregelen nodig om de omgeving zo toegankelijk mogelijk te maken. “Er moet een aantal voorzieningen in de buurt zijn, ook wel de triple A genoemd: arts, apotheek, Aldi of Albert Heijn”, geeft Van Triest aan. Het is niet alleen van belang dat deze faciliteiten binnen handbereik zijn – in de toekomst kunnen veel voorzieningen namelijk eenvoudig in huis gebracht worden – maar ook dat de wijk zo is ingericht dat er op natuurlijke wijze ontmoetingen plaatsvinden. “Afgezien van een concrete zorgvraag door dementie of andere aandoeningen wordt eenzaamheid onder senioren het grote vraagstuk van de toekomst”, zegt Van Triest.

Sociale aspect van steen

Het sociale aspect van langer thuis wonen betekent dus dat er plaatsen moeten komen waar mensen anderen kunnen ontmoeten om te zorgen dat ze niet thuis vereenzamen. Dat vereist fysieke toegankelijkheid, zoals zo min mogelijk drempels en trappen, maar ook sociale toegankelijkheid: voelt een kwetsbare burger zich veilig in een wijk? “We gaan langzamerhand toe naar een inclusieve samenleving die openstaat voor iedereen en waar iedereen kan participeren. Daar moet de infrastructuur natuurlijk wel geschikt voor zijn,” zegt Witter. Dat is een opgave waar verschillende partijen verantwoordelijk voor zijn, zoals gemeenten, woningcorporaties, zorg- en welzijnsorganisaties, wijkplatforms en huurcommissies. Zij kunnen gezamenlijk bekijken wat er nodig is om mensen zo lang mogelijk prettig in een specifieke wijk te kunnen laten wonen, met het oog op veiligheid, leefbaarheid, toegankelijkheid en in sociaal opzicht. Zo hebben sommige supermarktmedewerkers afgelopen jaar een training gevolgd om signalen van dementie te herkennen, maar ook om die door te geven aan een ouderenadviseur in de wijk. Het wordt een grote omslag voor de samenleving om toe te gaan naar een situatie waarin een op de vier mensen 65 jaar of ouder is, denkt Van Triest. “Het aantal 80-plussers gaat verdubbelen. Dankzij de toename in inkomen en opleiding zal het grootste deel van deze groep zich prima redden. Maar door de vergrijzing neemt ook het aantal kwetsbare alleenstaanden toe. Door een laag inkomen, verminderde mobiliteit en een klein netwerk hebben zij hulp en voorzieningen in de nabijheid nodig.” Nederland kent nu een sterk geïndividualiseerde samenleving, maar zal moeten gaan nadenken over de vraag hoe mensen elkaar in de gaten kunnen houden en kunnen ondersteunen. De woningmarkt is dus maar een klein deel van het geheel dat moet veranderen. “Het ligt niet bij steen alleen. Het is echt een integraal vraagstuk.”

Nieuwe woonvormen voor ouderen
Levensloopbestendige woning
Een levensloopbestendige woning, ook wel levensloopgeschikte woning genoemd, is een zelfstandige woning geschikt voor bewoning in alle levensfases met minimale fysieke inspanningen en minimale kans op ongevallen.

Kangoeroewoning
Kangoeroewoningen bestaan uit aan elkaar gekoppelde, zelfstandige woningen of wooneenheden met een inpandige verbinding voor ouderen of mensen met een handicap en hun familie. Mantelzorger en zorgvrager kunnen op deze manier bij elkaar wonen.

Mantelzorgwoning
Een mantelzorgwoning is een verplaatsbare, tijdelijke wooneenheid die bij een bestaande woning (bijvoorbeeld in de achtertuin) kan worden geplaatst. De zorgvrager woont zelfstandig, maar de mantelzorger is dichtbij.

Thuishuis
Een thuishuis is een kleinschalige woonvoorziening voor alleenstaande ouderen met betrokkenheid van vrijwilligers. De ouderen hebben een eigen kamer, maar delen de gemeenschappelijke keuken.
Moderne hofjes Wonen rond een beschutte binnenplaats waarbij nieuwe vormen van nabuurschap mogelijk zijn.

Gestippeld wonen en harmonicawonen
Bij deze woonvormen leven leden van een woongroep verspreid over een complex.

Bron: www.kcwz.nl