Machineparken in Noordwest-Europa zijn sterk verouderd. Dat blijkt uit onderzoek van samenwerkorganisatie More4Core. De studie laat zien dat maar liefst 44 procent van de industriële assets binnen tien jaar het einde van hun levensduur bereiken. En dat terwijl industrie de spil van de Europese economie is volgens de Europese Commissie. Hoogste tijd dus om de noodklok te luiden en actie te ondernemen.

Schade opnemen

Zoals we allemaal weten, heeft de recessie van de afgelopen jaren een flinke deuk in onze economie geslagen. Bedrijven en banken gingen over de kop en veel mensen verloren zelfs hun baan, met alle gevolgen van dien. Ook de industrie in Noordwest- Europa heeft behoorlijke klappen gehad, waardoor de productie afnam tot een dieptepunt van 15,1 procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP). Gelukkig lijkt het ergste deel van de crisis nu achter de rug en nemen bedrijven de schade op. Daarbij komt het volgende probleem aan het licht: onze industrie blijkt enorm achter te lopen op opkomende bedrijven in lageloonlanden. Veel van onze assets, van machines tot infrastructuur, zijn net na de Tweede Wereldoorlog gebouwd of aangelegd en inmiddels verouderd. Een voorbeeld is de Merwedebrug, waar recent haarscheurtjes in zijn ontdekt. Het omleiden van het verkeer tijdens reparatie veroorzaakte een ware verkeerchaos. Maar voor de veiligheid van alle weggebruikers was de reparatie noodzakelijk. Zo zullen er binnenkort nog veel assets volgen die hun einde levensduur bereiken. De voornaamste uitdaging is het vervangen of nemen van andere maatregelen om de veiligheid te waarborgen en de concurrentie voor te blijven.

Ruimte voor verbetering industrie

Gelukkig valt er nog een hoop winst te behalen. Om de industrie, en daarmee de economie, nieuw leven in te blazen streeft de Europese Commissie naar een verhoging van het BBP voor de industrie naar twintig procent in 2020. Een van de mogelijkheden om dat te bereiken is het versterken van onze concurrentiepositie met behulp van investeringen in maintenance-, reliability- en assetmanagement. Maintenance is een combinatie van alle technische, administratieve en managementactiviteiten gedurende de levenscyclus van een asset, bedoeld om assets te beheren en onderhouden in een status waarin ze de nodige functie kan uitvoeren (Bron: NEN). Vaak wordt dit in één adem met assetmanagement genoemd. Wim Vancauwenberghe, Directeur van Bemas (Belgian Maintenance Association), is als geen ander overtuigd van de mogelijkheden die er nog liggen voor veel bedrijven op dit gebied. Hij pleit vol overtuiging voor het belang van maintenance en wordt daarom ook wel Maintenance Evangelist genoemd. “Ik heb bij veel bedrijven in verschillende sectoren gezien hoe zij zich onderscheiden door middel van maintenance. Ik weet daarom dat er voor veel bedrijven nog genoeg ruimte is voor verbetering door hierin te investeren.”

Best mogelijke scenario

Uit het onderzoek blijkt dat er een groot verschil is tussen bedrijven die het best presteren in deze sector ten opzichte van bedrijven die minder goed gaan. Prestaties op het gebied van technische beschikbaarheid verschillen met gemiddeld zes procent en op het gebied van kosten maar liefst 42 procent. Ook zijn de geschatte risico’s 8,5 procent lager bij de toppresteerders. De leeftijd van assets speelt hierbij geen rol, maar wel het toepassen van preventieve maintenance. Per industriële sector zijn de verschillen in het toepassen van preventief onderhoud minimaal. Daarnaast behoeft onderhoud volgens Vancauwenberghe een integrale en dynamische aanpak, omdat de marktomstandigheden, levensduur en staat van assets over de tijd evolueren. “Je moet dynamisch kunnen inspelen op wat de behoeftes zijn op dat moment en het juiste beleid voeren.”

Als alle industrie in Noordwest-Europa op de toppen van zijn kunnen zou presteren, zou dat een enorm verschil maken. In totaal zou het alleen al 68 biljoen aan kosten kunnen schelen en de inkomsten met 17 biljoen kunnen verhogen. Bovendien scheelt het nog eens 25 procent aan kosten wanneer voor levensduurverlenging in plaats van vervanging van bepaalde assets wordt gekozen. Ook zal het aantal medewerkers binnen de sector met drie procent toenemen en nemen het aantal incidenten door goed onderhoud op het gebied van gezondheid, veiligheid- en de omgeving juist af, wat voor een betere leefomgeving zorgt. Tot slot zou het collectieve aandeel van industrie in het Bruto Nationaal Product (BNP) in Noordwest-Europese landen gemiddeld toenemen met 1,8 procent. Let wel, er wordt hierbij uitgegaan van de meest ideale situatie.

De zeven succesfactoren

Om het ideaalbeeld voor de complete industrie in Noordwest-Europa te bereiken zijn er volgens het onderzoek zeven cruciale elementen die bepalend zijn voor een positieve uitkomst.

• Eigenaren van assets en industrie moeten zich gaan focussen op optimalisatie van preventieve maintenance, gedurende de complete levenscyclus van hun assets. Genoeg kennis en kunde op het gebied van reliability-engineering speelt hierbij een cruciale rol.

• De prestaties en risico’s van de volledige levensduur van assets moeten worden gemonitord. De ontwikkeling van competenties op het gebied van assetportfoliomanagement is hiervoor van groot belang.

• Betere gezondheids- en risicomanagement door betere reliability- en assetmanagement. Overheden moeten hier specifieke regels voor opleggen en handhaven.

• Het verlengen van levensduur voor verouderde assets. Het is belangrijk dat investeringen op dit gebied worden gestimuleerd.

• Opleiden van jong talent om de groei binnen de sector op te vangen.

• Stimuleren van innovaties die de benodigdheden voor maintenance en de investeringen voor gezondheids- en veiligheidsrisico’s voorspellen.

• Macro-economische follow-up van overheden op het gebied van assetstrategie. Dit, om grip te krijgen op prestaties van de industrie in de toekomst en een duurzame economische groei en integratie van innovaties te stimuleren.

Kortom, er is nog genoeg ruimte voor verbetering van de industrie in Noordwest-Europa. Bij de juiste aanpak kunnen we nog jaren een concurrerende positie innemen.