Nieuw denkmodel leidt door middel van 49 vragen tot strategische wijsheid voor elk bedrijf.

“Strategische keuzes getuigen zelden van wijsheid, voor het eerst laat ik zien hoe het wel moet.” Op 22 december a.s. verdedigt Roeland van Straten (45) een ongebruikelijk proefschrift waarin hij een gedetailleerd antwoord geeft op de vraag: Hoe moet je strategisch denken? Zijn antwoord is een model dat nauwkeurig beschrijft hoe men verleden en heden op een integrale manier kan analyseren én wanneer die kennis leidt tot ‘strategisch wijsheid’, ongeacht welk bedrijf.

Oplossing voor belangrijkste problemen bij business schools

Uit onderzoek blijkt dat business schools al decennia worstelen met twee problemen: hoe leer je studenten de lesstof integraal toe te passen in de praktijk, en hoe leer je ze om kritisch na te denken over hun beslissingen. In 1967 is hiervoor al de theoretische oplossing geformuleerd, maar tot heden is het niemand gelukt dit concreet vorm te geven. In zijn proefschrift claimt Van Straten de eerste ‘grand unifying theory’ te hebben ontwikkeld die een oplossing biedt voor beide problemen.

“Dit is werkelijk van belang voor iedereen op de wereld die zich strateeg noemt”, aldus promotor Prof. Dr. Celeste Wilderom. Zelf stelt Van Straten dat hij een noodzakelijk alternatief biedt voor de oprukkende ‘disneyficatie’ van management denken. “Er is een sterke tendens om het bedrijfsleven voor te stellen als een simpele, kleurrijke wereld waarin iedereen kan winnen, als een soort Disneyworld. Dat is vermakelijk, maar beiden hebben weinig overlap met de echte wereld”.

Volgens Van Straten moeten we accepteren dat strategische besluitvorming complex is en steeds complexer wordt. Daarom resteert er voor studenten, managers, maar zeker ook toezichthouders volgens hem maar één oplossing: zélf de vaardigheid aanleren om op een systematische manier een integraal beeld te vormen van een bedrijf, en van de relatieve positie in de markt. Met zijn model en 49 ‘guiding questions’ biedt Van Straten een praktische structuur om dat te doen.

In zijn proefschrift illustreert Van Straten dit door analyses van o.a. Spyker en Fastned. Deze laten zien dat toepassing van zijn model leidt tot méér, beter onderbouwde en functionelere kennis dan de tools in strategic management boeken. Van Straten verwacht ook dat boeken herschreven gaan worden, zeker wanneer Michael Porter’s beroemde ‘Five Forces’ model daarin centraal staat. Promotor Prof. Dr. Marianne Junger is duidelijk: “Van Straten’s werk reduceert Porter’s model tot een karikatuur”.

Mogelijk keerpunt in strategisch denken

“Dit kan een keerpunt vormen in hoe we denken over strategisch denken”, aldus Van Straten. Hij stelt dit omdat zijn werk een oplossing biedt voor de genoemde problemen bij business schools, maar ook omdat zijn model voor het eerst een norm stelt voor wat ‘goed’ strategisch denken inhoudt in de praktijk. Onbedoeld bekritiseert hij daarmee veel bestaand werk, en dat zal niet iedereen leuk vinden. “En natuurlijk kan je mijn model negeren, maar ben je dan niet een beetje als de scheikundige die het periodiek systeem negeert? Veel liever hoop ik op een coöperatieve dialoog!”

Uitzonderlijke totstandkoming

Van Straten’s proefschrift is om meerdere redenen uniek te noemen. Allereerst heeft hij met zijn model in één keer het vrijwel onontgonnen onderzoeksgebied rond het hoe van strategisch denken op een concrete manier in kaart gebracht. Bijzonder is ook dat hij geen gebruik maakte van het soort generalisaties op basis van enkele praktijkvoorbeelden dat gebruikelijk is in management boeken. Van Straten wilde uitgaan van fundamentele principes, en hierdoor ontdekte hij uiteindelijk een nieuwe sleutel tot het begrijpen van het bedrijfsleven. Dit alles heeft hij gedaan zonder hulp van derden terwijl hij werkte aan een manuscript getiteld How to Understand the Business World. Dat manuscript vormde de basis voor zijn proefschrift, wat hij vervolgens in negen maanden schreef.

Internationale belangstelling

Van Straten ontwikkelde zijn model zonder kennis van de wetenschappelijke literatuur. Niettemin zijn de ideeën in zijn manuscript al vergeleken met het werk van beroemde strategy professors van Harvard, Wharton, Tuck en Stanford. London Business School noemde het theoretisch fundament “Indrukwekkend. Intelligent. Volstrekt anders”. Inmiddels is het werk met tal van prominente partijen besproken, waaronder McKinsey, BCG, Roland Berger, Accenture, Deloitte en PWC, en op dit moment voert Van Straten gesprekken met de #1 business school ter wereld – INSEAD – over samenwerking.

Nobelprijswinnaar en organisatiewetenschapper Herbert Simon formuleerde het als volgt in 1967: business schools moeten streven naar het ontwikkelen van een expliciete, abstracte, intellectuele theorie die leidt tot nieuwe praktische kennis. Volgens hem is daarvoor nodig “een gedetailleerd model dat laat zien hoe men door het combineren van theoretische en praktische kennis kan komen tot betere beslissingen”.

Bron: UT Twente